Welkom
Have an account? Log in or

Studentenarbeid uitgebreid vanaf 1 januari 2017

Studentenarbeid uitgebreid

Studentenarbeid uitgebreid vanaf 1 januari 2017

Vanaf 1 januari 2017 wordt de studentenarbeid uitgebreid. Vanaf dan zal een student geen 50 dagen, maar wel 475 uren per jaar kunnen werken zonder sociale bijdragen te betalen. 

Studentenarbeid uitgebreid vanaf 1 januari 2017

De ministerraad besliste op 7 juli 2016 dat studentenarbeid uitgebreid wordt. Studenten zullen binnenkort 475 uren per jaar mogen werken zonder sociale bijdragen te betalen. Die 475 uren komen in de plaats van de huidige 50 dagen. De nieuwe regeling zou gelden vanaf 1 januari 2017.

Maar hoe zat het ook alweer met die studentenarbeid?

 

Geen sociale bijdragen

Onder bepaalde voorwaarden moeten er op het loon van een student geen sociale bijdragen worden betaald. Enkel de solidariteitsbijdrage is verschuldigd. Deze ligt echter een stuk lager (8,13 % in plaats van pakweg 35 %). Op het loon moet evenmin de bedrijfsvoorheffing worden ingehouden. Dat is een maandelijks voorschot op de belastingen die uiteindelijk moeten worden betaald.Heeft de werkgever wel bedrijfsvoorheffing ingehouden op het brutoloon, dan kan de student dit terugvragen.

 

Eerste 50 dagen

Dat voordeel geldt echter niet onbeperkt. Het geldt enkel als er aan bepaalde voorwaarden is voldaan:

  • de werknemer moet een student zijn. Niet de leeftijd, wel de hoofdbezigheid van de student is van belang. De student moet als hoofdbezigheid – hoe kan het ook anders – met studeren bezig zijn. De studentenjob is maar een bijverdienste.
  • de student moet in elk geval een schriftelijke arbeidsovereenkomst hebben.
  • het gaat steeds om een arbeidsovereenkomst voor bepaalde duur.

Enkel als er aan al deze voorwaarden is voldaan, kan de student werken met de goedkoper solidariteitsbijdragen. Het voordeel is bovendien beperkt tot de eerste 50 dagen per kaar dat de werknemer als student werkt. Dit noemt men het contingent. Hoeveel dagen er nog over zijn van het contingent, kan u nakijken op student@work.

Vanaf 1 januari 2017 wordt dit contingent van de studentenarbeid uitgebreid. Het contingent van 50 dagen wordt er één van 475 uren per jaar, vrij te combineren.

 

Andere grenzen

Een student mag echter sowieso maar 240 uur per kwartaal werken. Wie meer werkt, verliest voor het ganse kwartaal zijn recht op kinderbijslag. Tenzij het gaat over het derde kwartaal. Dan mag een student wel meer dan 240 uur werken. Er is echter nog een uitzondering op de uitzondering: als de student niet verder studeert, mag hij ook in het derde kwartaal maximaal 240 uur werken.

Bovendien is een student vaak ten laste van zijn ouders, die daarvoor een belastingvermindering van zo’n 1.500 EUR genieten. Een student is fiscaal echter niet meer ten laste als hij op een jaar meer dan 6.535 EUR verdient (2016). Dienen de ouders een gescheiden aangifte in, dan mag hij maximaal 8.272,50 EUR verdienen. Een gehandicapt kind mag maximaal 9.797,50 EUR verdienen (2016).

Een student die meer dan 10.141,01 EUR verdient per jaar (2016), moet ook zelf belastingen betalen.

 

DImOnA

Een student moet worden ‘aangegeven’ in DImOnA (Declaration Immediate – Onmiddelijke Aangifte). Dat gebeurt met de code STU.

Maar pas op! In de sector Horeca kan een student ook als extra aan de slag. Hij wordt dan aangegeven met de code EXT. Voor extra’s moeten wel de normale sociale bijdragen worden betaald, maar niet op het normale loon. De bijdragen zijn verschuldigd op een fictief loon dat jaarlijks wordt geïndexeerd.

Grote verschil tussen studenten en extra’s is het contingent. Een werknemer kan maximaal 50 dagen per jaar als student aan de slag. Een werkgever kan het hele jaar door gebruik maken van (verschillende) studenten.

Bij extra’s is er ook een contingent voor de werkgever: :een werknemer kan maximaal 50 dagen per jaar aan de slag als extra, een werkgever kan maximaal 200 dagen per jaar gebruik maken van extra’s.

Eenzelfde werknemer kan de beide statuten combineren. Maar dan gelden er wel bijzondere voorwaarden. Vooraleer een student als extra aan de slag kon, moesten zijn 50 dagen als student zijn uitgeput. Pas dan kon hij aan de slag als extra. Ook hierin zou vanaf 2017 verandering komen; een zelfde werknemer kan de twee statuten dan door elkaar gebruiken.

 

Proefbeding studenten

Maar wat als u als werkgever een student in dienst hebt genomen, maar de samenwerking verloopt niet zoals u dat wil? Of vice versa, als student is uw job niet wat u ervan verwachtte. Sinds 1 januari 2014 (met de invoering van het eenheidsstatuut) is het proefbeding immers afgeschaft.

Niet getreurd, het proefbeding blijft namelijk bestaan voor studenten. Zelfs als het niet uitdrukkelijk in het contract werd opgenomen.

Tijdens de proeftijd kan de overeenkomst worden opgezegd zonder dat er een opzegvergoeding moet worden betaald of zonder dat er een opzegtermijn moet worden gerespecteerd. Die proeftijd bedraagt in elk geval 3 dagen. Tijdens de eerste drie dagen kan de overeenkomst dus heel makkelijk worden opgezegd.

Na de proeftijd van de eerste drie dagen liggen de zaken lichtjes anders. Is de totale duur van de overeenkomst een maand of minder, dan bedraagt de opzegtermijn 1 dag. Bij langere overeenkomsten bedraagt de opzegtermijn 3 dagen. Is het de werkgever die de opzeg geeft dan bedraagt de opzegtermijn 3 dagen voor een overeenkomst van een maand of minder en 7 dagen voor langere overeenkomsten. De termijn begint de maandag die volgt op de opzeg.

Een ontslag om dringende redenen blijft altijd mogelijk.

 

 

 

 

Share Button

Comments are closed.